Boswachter Dick Buitenhuis geniet in dit jaargetijde volop van zijn hobby: paddenstoelen. Hij vertelt van alles over deze onmisbare schakels in de natuur en waar je op moet letten als je zelf paddenstoelen gaat spotten.
Bron: Natuurmonumenten
“De omstandigheden zijn gunstig; het is vochtig en warm voor de tijd van het jaar. Dat zijn de beste groeiomstandigheden voor de vruchtlichamen. Ze groeien bij relatief hoge temperaturen en door zich vol te zuigen met water. Dan brult het als het ware de grond uit. Dat zie ik ook al om me heen in het bos. Maar het kan ook zo afgelopen zijn. Als het twee nachten achtereen twee of drie graden vriest en de lucht een stuk droger is, vallen de vruchtlichamen af.”
“Niet direct. Paddenstoelen groeien niet onder water. Maar de vele regen van de afgelopen weken is wel gunstig voor vrijwel alle soorten paddenstoelen. Het is voor paddenstoelen niet snel te nat in de natuur.”
“Meer dan 5200; regelmatig worden er nog nieuwe soorten ontdekt. Op hoofdlijnen kun je drie groepen onderscheiden: de parasieten, de samenwerkers en de opruimers.”
“De parasieten leven van hun gastheer. Vaak is dat een boom die al achteruit gaat. De reuzenzwam bijvoorbeeld. Die onttrekt voedingsstoffen uit de boom die daardoor langzaam afsterft. Zo ontstaat een nieuw leefgebied voor kevers en andere insecten, tevens voedsel voor andere dieren.”
“Bij hen gaat het om ruilhandel. Neem bijvoorbeeld een vliegenzwam tussen de wortels van een berk. Beide organismen wisselen voedingsstoffen waar beide partijen baat bij hebben. De zwammen zorgen ook voor de beschikbaarheid van water voor de boom.”
“Dat zijn vooral de vele paddenstoelen die je op de bodem ziet. Zij breken de ‘strooisellaag’ af; alle bladeren, naalden en takken die op de bodem vallen. Ze zetten dit om in voedingsstoffen voor planten, struiken en bomen. Een onmisbare cyclus voor het voortbestaan van de natuur.”
“Muizen, konijnen, eekhoorns, slakken en sommige insecten. Maar niet alle soorten staan op het menu. Bepaalde insecten leggen eitjes aan de onderkant van de hoed omdat het daar relatief veilig is. De eitjes groeien uit tot larven die door hun cocon beschermd worden. Maar echt veilig zijn ze daar niet altijd. Een luisterende specht kan de larven door de paddenstoel heen horen. Ze pikken er een gaatje in om de larven te pakken.”
“Het wordt er helaas niet beter op. De meeste soorten gedijen slecht op zure grond. Op veel plaatsen wordt de grond juist zuurder door de overmaat aan stikstof. Stikstof blijft ook lang in de bodem. We moeten met z’n allen goed nadenken hoe we omgaan met onze natuur als we de natuur vitaal willen houden.”
“Er zijn hier meer dan 450 soorten vastgesteld. Dat is behoorlijk veel voor een relatief klein bos.”
“Er komen hier veel verschillende grondsoorten voor, onder meer van klei en zand. Daarnaast is hier de waterstand te regelen dankzij de vele waterwerken die hier vroeger werden getest. En het bos is lange tijd nooit gebruikt voor recreatie en productie. Het bos werd ongemoeid gelaten. En bij de aanleg zijn veel verschillende soorten bomen gebruikt omdat niemand precies wist welke bomen op deze poldergrond het beste zouden gedijen. Als die omstandigheden dragen bij aan een rijke paddenstoelenwereld in het Waterloopbos.”
De diversiteit spreekt me erg aan. Het blijft verrassend om te zien welke soorten dit jaar weer tevoorschijn komen. Een soort die me echt is bijgebleven is de bloeddruppelzwam. Echt prachtig, met donkerrode schubben die op een witte hoed lijken te liggen. Ik heb ‘m slechts één keer gezien, een aantal jaren geleden in het Waterloopbos.”
“Geniet er vooral van. De variatie is enorm. En neem eens een spiegeltje mee om de onderkant te bekijken. Blijf wel op de paden; daarbuiten loop je vaak ongemerkt paddenstoelen stuk. Sommige soorten zijn niet groter dan een speldenknop. Ook belangrijk: laat ze staan. Plukken is verboden. Elke paddenstoel is eetbaar, maar sommige soorten maar eet je maar één keer; daarna gaat het licht uit. Het onderscheid tussen giftig en niet-giftig is bovendien lastig waarneembaar. Zo is de witte knolanamiet ongevaarlijk, maar de groene knolanamiet is harstikke giftig. En de groene kan ook een witte kleur hebben.”
Kijk hier voor meer info over paddenstoelen.
Wilco Meijers
Bron: https://www.natuurmonumenten.nl/natuurgebieden/waterloopbos/nieuws/paddenstoelen-spotten-in-de-polder?utm_source=mc&utm_medium=email&utm_campaign=20241031-RLMN-niet-leden