Voormalig boswachter Oostvaardersplassen vrijgesproken van valse aangifte

Oostvaardersplassen
Oostvaardersplassen
Foto: parelprojecten.nl

Het kan niet bewezen worden dat een voormalig boswachter van de Oostvaardersplassen in 2018 een valse aangifte deed tegen een actievoerder. Omdat de verklaringen van de boswachter en de actievoerder lijnrecht tegenover elkaar staan en er onvoldoende (steun)bewijs is, spreekt de rechtbank Midden-Nederland de 61-jarige man vrij.

LELYSTAD, 05-05-2022 – Op 1 april 2018 demonstreerden actievoerders bij de Oostvaardersplassen tegen het beleid rondom het bijvoeren van de konikpaarden, edelherten en heckrunderen in het gebied. Bij de demonstratie braken de actievoerders door hekken heen. Daarbij zou één van hen de boswachter hebben bedreigd met de woorden: “Ik ben jager, het wordt tijd dat ik jullie ook ga doodschieten." De boswachter deed daar vervolgens aangifte van. De politierechter van de rechtbank Midden-Nederland sprak de actievoerder in november 2018 vrij van de vermeende bedreiging.

Valse aangifte of niet?

De vraag die de rechtbank in déze zaak moet beantwoorden is of de boswachter een valse aangifte deed tegen de actievoerder. Dat is namelijk strafbaar. Uit het feit dat de actievoerder in 2018 door de politierechter is vrijgesproken van bedreiging, kan worden afgeleid dat niet bewezen is dat hij de bedreiging uitte. Maar die vrijspraak betekent niet automatisch dat de boswachter de dreigende woorden heeft verzonnen. Daarnaast sluit het feit dat omstanders de bedreiging niet hebben gehoord niet uit dat de boswachter het wél heeft gehoord of het meende te horen.

Geen steunbewijs

De aangever in deze zaak, de actievoerder, is ook een getuige. Maar in een strafzaak is voor een veroordeling één enkele verklaring van een getuige niet genoeg. Daarvoor is, zoals dat juridisch heet, aanvullend ondersteunend bewijs (steunbewijs) nodig. Maar dat ontbreekt in deze zaak. Als het gaat om wat er op de bewuste dag precies gebeurde, staan de verklaringen van de boswachter en de actievoerder lijnrecht tegenover elkaar. In dit geval kunnen de verhalen van de boswachter én de actievoerder niet bewezen worden. Omdat er naast de aangifte van de actievoerder onvoldoende steunbewijs is, kan niet wettig en overtuigend bewezen worden dat de boswachter een valse aangifte deed. De rechtbank spreekt hem daarom vrij.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen