Eerste prijs restauratie Romijnstuw Waterloopbos

Ingebruikname Romijnstuw Waterloopbos 13 februari 2017.
Ingebruikname Romijnstuw Waterloopbos 13 februari 2017.
Foto: mhpublicaties.nl

Vereniging Natuurmonumenten heeft de HSSN-prijs 2017 gewonnen voor de restauratie van de Romijnstuw in het Waterloopbos.

Dat heeft de stichting Historische Sluizen en Stuwen Nederland (HSSN) op Nationale Sluizendag 26 oktober bekendgemaakt. De prijs werd uitgereikt bij de Volkeraksluizen bij Willemstad.

Romijnstuw Waterloopbos

De gerestaureerde Romijnstuw is op 13 februari 2017 in gebruik genomen. Via de zogeheten Romijnstuw aan het begin van het bos wordt het water naar de modellen gestuwd die verderop in het bos liggen. Reden waarom de stuw als eerste werd gerestaureerd in het tienjarenplan ‘Ontwikkelplan Rijksmonument Waterloopbos’.

De restauratie heeft bovendien veel inzicht gegeven die bij volgende projecten van pas komt. Het ontwikkelplan omvat namelijk de restauratie van tien van waterloopkundige modellen die in de tweede helft van de vorige eeuw in het Waterloopbos zijn uitgezet en waaraan het bos zijn naam te danken heeft.

HSSN-prijs Romijnstuw

De website sluizenenstuwen.nl vermeldt het volgende over de stuw en de restauratie, gevolgd door het juryrapport:

Het Waterloopbos werd rond 1950 ingericht als waterloopkundig buitenlaboratorium van de toenmalige afdeling Weg- en Waterbouwkunde van de Technische Hogeschool in Delft. In het bos werden modellen van waterbouwkundige kunstwerken gebouwd ten behoeve van onderzoek.

Thans vindt dit onderzoek plaats met behulp van computermodellen, waardoor het buitenlaboratorium zijn functie verloor en werd overgedragen aan Natuurmonumenten.

Onlangs is het Waterloopbos aangewezen als rijksmonument uit de periode van de Wederopbouw (1940-1965). Een van de objecten in het Waterloopbos is de Romijnstuw aan de rand van het Waterloopbos.

Deze werd als meet- en regelstuw gebruikt. De stuw bestaat uit een ‘bovenhoofd’ met twee instroomopeningen voorzien van een zogeheten Romijnschuif. De ‘kolk’ benedenstrooms van de instroomopeningen is door een gemetselde wand zodanig gescheiden dat het water van de ene instroomopening naar een dubbele uitstroomopening gaat en die van de andere instroomopening naar een enkele uitroomopening. In de tussenwand is een afsluitbare opening uitgespaard waardoor het water in de beide delen weer met elkaar kan worden verbonden.

In de beide instroomopeningen is een hefschuif geplaatst volgens een principe dat door ir. Romijn voor de Tweede Wereldoorlog is beschreven. De schuif is aan de bovenzijde voorzien van een min of meer horizontale plaat waardoor de hoeveelheid water dat door de stuw stroomt nauwkeurig kan worden gemeten. Het werd destijds veel toegepast in het toenmalige Nederlands Oost-Indië in verdeelwerken voor de irrigatie. De uitstroomopeningen zijn uitgevoerd met een klepstuw. De stuwen werden met handkracht bediend.

Vanwege de aard van zijn functie is de stuw zo eenvoudig mogelijk uitgevoerd. Het metselwerk lijkt zo goedkoop mogelijk te zijn opgetrokken. Aan de waterzijde is het voorzien van een pleisterlaag van cementmortel, maar aan de buitenzijde ontbreekt zelfs het voegwerk.

Restauratie (2016): De meetstuw verkeerde in een slechte staat, was in feite overgegeven aan de natuur. Voor de constructie is dit funest. De Vereniging Natuurmonumenten besloot dit kenmerkende object te restaureren om verder verval tegen te gaan en tevens de waterstand te kunnen blijven reguleren.

De gerestaureerde stuw mocht er daarbij niet mooier uit komen te zien dan de oorspronkelijke. Het metsel- en pleisterwerk is daarom zo veel mogelijk gerestaureerd naar de oorspronkelijke situatie. De stuwschuiven en -kleppen en hun bewegingswerken zijn gerestaureerd en van een nieuwe conservering voorzien. Verdwenen onderdelen zijn nagemaakt volgens de oorspronkelijke constructie.

Architect/adviesbureau: Nebest B.V., Vianen.
Aannemer: V.O.F. Bouwbedrijf Poel, Den Ham.

Oordeel jury

De jury heeft grote waardering voor de wijze waarop dit unieke object in oude glorie is hersteld. Dat geldt in cultuurhistorisch opzicht maar ook voor de technische kwaliteit van de restauratie.

Het oorspronkelijke concept als eenvoudig opgebouwde stuw als waterbouwkundig meet- en regelwerk komt hiermee volledig tot zijn recht. De direct bij de entree gelegen, voor publiek zichtbare, terughoudend gerestaureerde stuw verhoogt bovendien de belevingswaarde van het Waterloopbos.

In totaal waren zes sluizen en stuwen voorgedragen. Alle objecten zijn door de jury bezocht.

Er werd beoordeeld op zes criteria, te weten:

  1. De kwaliteit van de restauratie, gezien in historisch perspectief (35 %)
  2. De technische kwaliteit van de restauratie (35 %)
  3. De mate van herstel van het oorspronkelijke gebruik (10 %)
  4. De verbetering van de ruimtelijke kwaliteit op locatie en directe omgeving (10 %)
  5. De bijdrage van de restauratie aan recreatieve en economische ontwikkeling (10 %)
  6. De rol van onderzoek in het restauratieproces of ontwerp (10 %)

De jury heeft uitsluitend de kwaliteit van de restauratie in al haar (water-)bouwkundige, cultuurhistorische, ruimtelijke en landschappelijke aspecten beoordeeld en niet de (cultuur)historische waarde van de sluizen op zich.

Of een aangemeld object groot of klein is, eeuwenoud of twintigste-eeuws, simpel of spectaculair, heeft bij de beoordeling geen rol gespeeld. Dit om te voorkomen dat groot of bijzonder op voorhand een voorsprong zou hebben op klein of eenvoudig.

Tweede en derde prijs

De tweede prijs ging naar Staatsbosbeheer voor de restauratie van de schutsluis op landgoed Elswout te Overveen. Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier ontving de derde prijs voor de restauratie van de duikersluis te Schagen.

Het volledige rapport is te vinden op www.sluizenenstuwen.nl

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen