Duurzame landbouwproducten zijn nog te duur in vergelijking met niet-duurzame. Om duurzaam voedsel toch succesvol te maken moet dat anders.
Bovendien zijn er te veel verschillende keurmerken voor duurzaamheid en dat leidt tot verwarring bij consumenten, stelt toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM). Eén landelijk keurmerk, dat in zowel winkels als de horeca te gebruiken is, kan dat oplossen.
De vraag moet omhoog
De vraag naar duurzame landbouwproducten moet omhoog om de overgang naar duurzamere landbouw succesvol te laten zijn, stelt de ACM in haar zogeheten
Agro-Nutri Monitor. Die overgang is onder meer nodig om de stikstofproblematiek te helpen oplossen. De toezichthouder vond een aantal drempels en kwam met adviezen om daar wat aan te doen.
Consumenten zijn bijvoorbeeld erg gevoelig voor de lagere prijs van niet-duurzame producten. Met een btw-verlaging voor duurzaam voedsel zou dat kunnen worden aangepakt. Ook zouden bij niet-duurzame producten de gevolgen van de productie voor het milieu in de prijs moeten worden verwerkt zodat die producten duurder worden.
Verder zou één duurzaamheidskenmerk consumenten moeten helpen om de juiste keuze te maken. Nu zijn er meerdere waardoor consumenten “door alle keurmerken soms door de bomen het bos niet meer zien”, stelt ACM-bestuursvoorzitter Martijn Snoep. Consumenten verliezen dan het vertrouwen in keurmerken, ook in de goede. Als consumenten wel de meerwaarde van het duurzamere product inzien, zijn ze bereid meer te betalen, denkt de ACM.
Overheid gesteund keurmerk
Een door de overheid gesteund keurmerk kan helpen. Als dat ook in het buitenland wordt erkend, kan zo’n duurmerk bovendien de exportmogelijkheden voor duurzamere producten positief beïnvloeden. Verder kan er meer gedaan worden om duurzaam voedsel te promoten. Dat kan door bijvoorbeeld supermarkten en horecazaken gebeuren, maar ook de overheid zelf zou duurzaam voedsel moeten inkopen voor restaurants en kantines.
Tegelijkertijd geven voedselproducenten aan transparantie te missen in hoe prijzen tot stand komen en wat voor winsten andere partijen maken na het verwerken van hun producten. Ook vinden ze dat de risico’s te veel bij
boeren en tuinders terechtkomen en beter verdeeld zouden moeten worden in de hele keten. De ACM stelt voor meer onderzoek te doen hiernaar.