Uitwaaien

Foto: mhpublicaties.nl

Het jaar goed beginnen… Hoe doe je dat? Vandaag kon dat door te gaan uitwaaien. Uitwaaien aan het strand of op de dijk. Veel mensen gingen vandaag de deur uit om de wind om zich heen te voelen waaien, tegen de wind in te wandelen en met de wind in de rug terug te lopen. Het uitwaaien gaf velen een goed gevoel na een oud en nieuw met oliebollen, drank en lekkernijen.

uitwaaien - (bron: ensie.nl)

BETEKENIS & DEFINITIE

uitwaaienregelmatig werkwoord
uitspraak: uit-waai-en

1. naar buiten gaan om frisse lucht te krijgen
zullen we even lekker gaan uitwaaien aan het strand?
2. door waaien gedoofd worden
♢ pas op, de kaars waait uit!

Regelmatig werkwoord: uit-waai-en
ik waai uit (… ik uitwaai)
jij/u waait uit (… jij uitwaait)
hij/zij waait uit (… hij uitwaait)
wij/zij/jullie waaien uit (… wij uitwaaien)
ik/jij/u/hij/zij waaide uit (… ik uitwaaide)
wij/zij/jullie waaiden uit (… wij uitwaaiden)
hij is uitgewaaid
de/het/een uitgewaaide ….
uitwaaiend, uitwaaiende

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen