Coöperatie ‘de Zaderij’ haalt biodiversiteit terug

15 apr 2018, 13:44 Zakennieuws
tineke alberts mhpublicatiesnl
mhpublicaties.nl
Groentesoorten zijn onder te verdelen in rassen, maar de consument kent vaak alleen maar meer de soortnaam. ‘de Zaderij’ wil biodiversiteit terug op het land en dus op tafel.
“Er zijn in Europa maar een paar zaadbedrijven. Dat is bij veel mensen onbekend”, zegt Tineke Alberts van Biologisch Dynamische Zaadteelt ‘BuitenBant’.
De grote zaadhandelaren zijn er debet aan dat rassen verdwijnen. “Zij bepalen in wezen wat wij eten. Veel gewassen zijn in de afgelopen decennia namelijk uit de handel genomen, omdat die niet machinaal te oogsten zijn. We kennen allemaal wel de wortels die zo veredeld zijn dat ze van gelijke grootte zijn en in een standaardbakje passen. Daarmee zijn echter niet alleen smaak en kwaliteit verloren gegaan, maar ook biodiversiteit.”
De consument is hier echter ook zelf verantwoordelijk voor, vindt Alberts. “Ze willen goedkoop voedsel uit de supermarkt in plaats van regionaal bij de biomarktkraam.”

Hybride tegenover zaadvast

Zo’n vijftig jaar geleden kwamen de F1-hybride rassen op. De veredelingsmethode is een combinatie van inteelt en kruising. Dit levert een gelijkmatig groeiend gewas op, met vaak een hoge opbrengst. Hybrides kunnen zich echter niet voortplanten, zodat boeren en tuinders al hun zaaizaad ieder jaar opnieuw moeten inkopen.
Met de klassieke teelt (veredeling) kan dat wel. Een zaadvast ras wordt veredeld door kruisen en selecteren en brengt planten voort met dezelfde eigenschappen. Deze voortplantingscyclus kan eindeloos worden voortgezet.
“Boeren zijn weer toe aan zaadvaste rassen”, weet Alberts, die zich sinds een jaar geleden volledig is gaan toeleggen op het telen van zaden. “Ik was er al jaren mee bezig. Deze heb ik bijvoorbeeld al twintig jaar in stand gehouden”, zegt ze over een peultje - dé ‘Westrupper’ - en een tuinboon die ze van haar oma heeft geërfd.
“Het peultje is kleiner dan normaal, maar vol smaak. De tuinboon is heel geschikt om in te maken. Daarom hadden de mensen die destijds ook. Ze hielden ook heel bewust zaad over voor het volgende seizoen. Wat ik van mijn oma gekregen heb, is kwaliteit.”

Coöperatie ‘de Zaderij’

Ruim vier jaar geleden ontmoette ze op een beurs Jan Velema. “Hij is veredelaar en was eigenaar van Vitalis, een groot zaadbedrijf. Hij is met pensioen, maar hield op de beurs een lezing over zaadjes telen en ik wilde er beter in worden.” Niet veel later zat hij bij Alberts aan de keukentafel “en inmiddels ben ik samen met hem al vier jaar spinazie aan het veredelen”.
Velema was zelf ‘de Zaderij’ gestart, maar dat kwam niet echt van de grond en hij wilde er een jaar geleden mee stoppen. ‘We hebben toen met een aantal boeren besloten een coöperatie op te richten. Zelf werkte ik nog deels in het onderwijs, maar dat heb ik toen opgezegd, omdat ik hier helemaal voor wil gaan”.
Vorig jaar januari stapte Alberts samen met nog vier boeren in de coöperatie ‘de Zaderij’. “Bedoeld om zaadvaste rassen in stand te houden door klassieke teelt.” In korte tijd groeide het bedrijf uit naar twaalf boeren. “We hebben er zelfs een stop op moeten zetten, want de backoffice moet eerst goed worden neergezet.”
Schonen, sorteren en verpakken
Intussen wordt er aan de voorkant hard gewerkt. Bij BuitenBant en een aantal zorgboerderijen worden de groentezaden van de aangesloten boeren en tuinders gesorteerd en verpakt. Alles nog handmatig, maar inventief.
Alberts laat zien hoe bijvoorbeeld bonen eerst een grove schoning ondergaan, waarbij de schillen van de bonen gescheiden worden. Op een trilplaat wordt vervolgens alle stof verwijderd. Daarna volgen vaak meerdere nalezingen, voor de bonen kunnen worden ingepakt. “Afgelopen jaar was heel nat en dan heb je ook meer last van schimmel.”
Zaden schonen is intensief en specialistisch werk. “Ieder zaadje heeft zijn eigen eigenschappen. Tomaten bijvoorbeeld, moet je eerst laten fermenteren, dus verschimmelen, anders gaan ze nooit kiemen. Daarna haal je het velletje eraf, maar dan ben je er nog niet, want daaronder zit nog een pluizig laagje om het zaadje heen en die moet er ook af.”
Alberts heeft met behulp van eenvoudige middelen methodes bedacht om zaden te schonen en af te meten. Ze toont verschillende maatbekertjes waarin precies 5 gram zaad past, een bakje om tomaten te laten drogen en een zeef voor het zeven van posteleinzaad.
Voor andere zaden moet nog een manier bedacht worden om ze te schonen. Ze laat zakken met vier verschillende rassen spelt zien en en een zak met haverwortel. “Haverwortel aten we in Nederland voordat de aardappel er was. Het is een vergeten groente, iets voor een chefkok om mee aan de slag te gaan.”
In de verpakkings- en opslagruimte zorgt een luchtbehandelingssysteem ervoor dat de verpakte zaden droog blijven. Voorlopig worden de zaadzakjes nog handmatig afgewogen, verpakt en bestickerd. Afhankelijk van de groei wordt een verpakkingslijn opgezet.

Stichting Zaadvast

De deelnemende ondernemers in ‘de Zaderij’ hebben de Stichting Zaadvast opgericht om de klassieke veredeling te stimuleren. “Op de klassieke manier veredelen duurt tien jaar voor je een ras in de markt kunt zetten. Al die tijd verdien je er niets aan, maar vanuit de stichting kunnen we de klassieke veredelaars toch betalen.”
Doelstelling is dat boeren en tuinders de zaadteelt weer in eigen hand krijgen. “Daardoor krijg je weer bedrijfseigen producten en meer biodiversiteit. Niet de industrie moet bepalen wat goede voeding is, maar wij als boeren.”
Coöperatie ‘de Zaderij’ heeft dit jaar veertig groenterassen in de markt gezet, volgend jaar zijn dat er honderd. Het assortiment wordt ook uitgebreid met eetbare bloemen en geneeskrachtige planten.
Meer informatie is te vinden op de websites: www.zaderij.nl en www.zaadvast.nl
tekst: Margé Hof