Dringend verzoek tot voorlezing verklaring over schadelijke en ongehoorde uitspraak van Kamerlid Van Baarle
Open brief aan de Tweede Kamer: “Stop het misbruik van de Holocaust in het politieke debat — Van Baarle (DENK) overschrijdt een onacceptabele grens.”
Geke van der Sloot roept de Tweede Kamer en het Openbaar Ministerie dringend op om het misbruik van de Holocaust in het politieke debat krachtig te veroordelen. Deze oproep volgt op de recente uitspraken van Kamerlid Stephan van Baarle (DENK), die premier Netanyahu vergeleek met Hitler en Israël beschuldigde van het plegen van een “nieuwe Holocaust”. Van der Sloot benadrukt dat deze vergelijking feitelijk onjuist is en een ernstige morele grens overschrijdt. “De Holocaust is een unieke tragedie die nooit mag worden misbruikt voor politieke doeleinden,” stelt zij. “Het gebruik van Holocausttermen tegen Israël voldoet aan de internationale IHRA-definitie van antisemitisme en ondermijnt daarmee het fundamentele bestaansrecht van de Joodse staat.” In een tijd waarin antisemitisme in Europa weer toeneemt, waarschuwt Van der Sloot dat dergelijke retoriek niet alleen het Joodse volk diep beledigt, maar ook onze democratische waarden ondermijnt. Ze roept op tot een krachtige en publieke veroordeling van deze grensoverschrijding, om duidelijk te maken dat haatzaaien en geschiedvervalsing onacceptabel zijn in onze samenleving. De open brief gaat inmiddels viraal op sociale media en wordt breed gedeeld. De kwestie krijgt ook aandacht in de landelijke pers, waaronder een column van Rob Hoogland in De Telegraaf en een analyse in de zaterdagkrant. Er wordt gesproken over mogelijke officiële aangifte. Op 20 september presenteert Geke van der Sloot haar nieuwe boekje Opstaan tegen Antisemitisme.
Brief
Aan:
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Betreft: Dringend verzoek tot voorlezing verklaring over schadelijke en ongehoorde uitspraak van Kamerlid Van Baarle
Geachte Voorzitter,
Als betrokken en bezorgde burger richt ik mij tot u met een onomwonden en dringend verzoek. Kamerlid Stephan van Baarle deed afgelopen week in de Tweede Kamer een uitspraak die niet alleen het fatsoen tart, maar ook de fundamenten van onze democratie en het collectieve historische besef op brute wijze ondermijnt. Door premier Benjamin Netanyahu te vergelijken met Adolf Hitler en Israël van genocide te beschuldigen, overschrijdt hij een onherstelbare grens. De Holocaust is geen retorisch instrument. Het was een unieke en onvervangbare tragedie waarin zes miljoen Joden systematisch werden uitgeroeid. Elke poging deze gruwel gelijk te stellen aan een militaire reactie op terreur is geschiedvervalsing en een diep kwetsende belediging aan de slachtoffers en hun nazaten. Critici van beleid hebben een essentiële rol in onze democratie, maar wie de waarheid geweld aandoet en de grenzen van respectloosheid overschrijdt, ondermijnt niet alleen het debat, maar vergiftigt de samenleving. Woorden in het parlement dragen een zware verantwoordelijkheid. Het vertrouwen van burgers in onze democratische instituties staat op het spel. Uitspraken als deze mogen niet zonder consequenties blijven. Als dergelijke grove onwaarheden ongecorrigeerd en ongeadresseerd blijven, verliezen wij allen het vertrouwen in ons parlement en de democratie zelf. Ik dring er bij u op aan deze verklaring bij het eerstvolgende debat over dit onderwerp voor te lezen. Het is van cruciaal belang dat het parlement verantwoordelijkheid neemt, deze morele misser expliciet afkeurt en waakt over de integriteit van onze democratische waarden.
Met de meeste hoogachting,
Geke van der Sloot.
