De waarde van Jakobskruiskruid voor onze biodiversiteit

Jacobskruiskruid
Jacobskruiskruid
Foto: parelprojecten.nl

Jakobskruiskruid kleurt ook deze zomer weer vele bermen en graslanden geel. Dit is tot groot ongenoegen van veel veehouders en paardenliefhebbers vanwege de giftigheid van de plant. Jakobskruiskruid is echter een belangrijke voedselbron voor veel insecten en daarmee van belang voor de Nederlandse natuur. Hoe kunnen Jakobskruiskruid en paarden samen door een deur?

LANDELIJK, 27-07-2022 – Jakobskruiskruid (Jacobaea vulgaris) is een twee- tot meerjarig kruid. In het eerste (en eventueel tweede) jaar zie je bovengronds alleen een rozet en investeert de plant in een flinke penwortel. In het laatste jaar vormt de plant groene tot paarsrode stengels met groene ‘boerenkoolachtige’ bladeren en gele bloemen die bestaan uit gele buis- en straalbloemen. De buisbloemen zijn de bloemen in het hart van de bloem; de straalbloemen zijn de lintvormige bloemen rondom het hart. Soms ontbreken de straalbloemen, dan heb je te maken met ondersoort Duinkruiskruid (Jacobaea vulgaris subsp. dunensis). Na de zaadzetting sterft de plant af.

Jakobskruiskruid is giftig voor vee. Vers zullen koeien en paarden de plant niet eten, maar gedroogd in hooi is de plant zijn kenmerkende geur en smaak kwijt en eten ze het ongemerkt toch. In grotere hoeveelheden kan dit leiden tot leveraandoeningen of zelfs de dood. Heel begrijpelijk dat de plant op weinig enthousiasme kan rekenen bij veehouders en paardenliefhebbers, en lokaal zelfs massaal wordt bestreden in agrarische gebieden. Dat laatste is niet nodig, omdat het aantal zieken en doden door Jakobskruiskruid in (de Britse) praktijk (pagina 14 – 18) mee lijkt te vallen (pfd: 9,1 MB) en omdat de dichtheid planten met zorgvuldiger beheer aanzienlijk verminderd kan worden. Evengoed is ieder door Jakobskruiskruidvergiftiging overleden dier er één te veel. Het zou interessant zijn in Nederland een vergelijkbaar onderzoek te doen om de problematiek in ons land objectief te kunnen beoordelen.

Belang biodiversiteit

Ruim 150 soorten insecten, waaronder vele tientallen vlinders, bijen en zweefvliegen, foerageren op Jakobskruiskruid. Weer 40 andere soorten gebruiken de plant als waardplant, bijvoorbeeld doordat de eieren op Jakobskruiskruid worden afgezet en de larven van de plant eten. Een deel van al deze insecten staat op de Rode Lijst en wordt op dit moment in zijn bestaan bedreigd. Vogels, zoogdieren en grotere insecten zijn weer afhankelijk van de insecten die op Jakobskruiskruid leven, omdat ze deze op hun menu hebben staan. Zoals je leest, is Jakobskruiskruid een belangrijke spil in het ecosysteem. Als deze plant wegvalt, heeft dat consequenties voor al die insecten en andere dieren die er (in)direct afhankelijk van zijn.

Verspreiding

Jakobskruiskruid komt in heel Nederland algemeen voor, maar minder in de laagveengebieden en het noordelijk zeekleigebied en in het noordoosten van het land. De laatste decennia heeft zij zich vooral in noord-Nederland sterk uitgebreid. Ook in het noorden van Duitsland is de plant sterk toegenomen. De plant groeit op zonnige tot licht beschaduwde, droge, matig voedselrijke zandige en stenige bodems in graslanden, bermen, zeeduinen, dijken en braakliggende grond. Jakobskruiskruid is een pionier. De lichte pluisvruchten worden door de wind verspreid en kiemen op open plekken in de vegetatie die ontstaan bij bodemverstoring. Deze open, verstoorde plekken kom je vooral tegen in bermen waar geklepeld wordt, in overbeweide paardenweiden en op braakliggende grond bij haven- en industrieterreinen. Ook bermen waar recent onderhoud is gepleegd aan kabels, leidingen en/of riolering resulteren in kale grond, waar de plant zich op kan vestigen. Tenslotte kan het graven van mollen en konijnen leiden tot open plekken in de vegetatie. Jakobskruiskruid vestigt zich niet in de dichte zode van bemeste (agrarische) graslanden.

Beheer

Ecologisch bermbeheer in Wageningen. In agrarisch gebied is het extra belangrijk Jakobskruiskruid te maaien voordat de planten zaad zetten zodat ze zich niet kunnen uitbreiden! (Bron: Ruud Beringen)
Naast de hierboven genoemde factoren als bodemverstoring bij maai- en graafwerkzaamheden en overbeweiding, worden als mogelijke oorzaken voor de toename van Jakobskruiskruid sinds de jaren 80 van de vorige eeuw ook wel het inzaaien met bermmengsels en natuurontwikkeling op voormalige akkers op de zandgronden genoemd. De laatste jaren heeft de soort ook geprofiteerd van de droge zomers. Door langdurige droogte sterft een deel van de grasmat af en daar maken pioniers zoals Jakobskruiskruid dankbaar gebruik van. Bij natuurontwikkeling op extensief beweide voormalige akkers heeft de soort zich plaatselijk massaal weten te vestigen. Na enkele jaren nemen de aantallen in deze graslanden echter weer af doordat de groei geremd wordt door bodemschimmels en andere natuurlijke vijanden, maar de soort blijft wel aanwezig. De zaadproductie van Jakobskruiskruid is te minimaliseren door minstens twee keer per jaar te maaien (pdf: 1,287 KB). Een eerste keer aan het begin van de bloeitijd (eind juni/begin juli) en een tweede maaibeurt aan het begin van de herbloei. Nieuwe vestigingen in open plekken kunnen worden tegengegaan door bij het maaien bodemverwonding zoveel mogelijk te voorkomen.

Jakobskruiskruid is onderdeel van de Nederlandse flora en belangrijk voor de biodiversiteit. Met een beetje zorgvuldigheid en andere keuzes in het berm- en graslandbeheer, hoeven paarden en ander vee niet of nauwelijks in contact te komen met Jakobskruiskruid.

Meer informatie

Leestips over Jakobskruiskruid

Leestips voor een gezonde paardenweide zonder of met minder Jakobskruiskruid

Leestips over ecologisch bermbeheer

Tekst: Leonie Tijsma, Ruud Beringen & Baudewijn Odé, FLORON

 

Bron: Nature Today 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen